Na een goede nachtrust en een typisch Amerikaans ontbijt, met gesuikerde cornflakes, begin ik aan de langste tocht van mijn Camino. Dat komt door een samenloop van omstandigheden; allereerst wil ik minstens 25km lopen, gewoon omdat het lang genoeg geduurd heeft en vooral omdat het niet prettig lopen is tussen de Amerikanen. Vanaf Palas de Rei duiken ze op uit alle hoeken en kanten. Tot Melide, 14 km verder, loop ik tussen groepjes luidruchtig kakelende dertigers en veertigers. In Melide zit ik nog niet aan de vooropgestelde 25km. Ondertussen stuurt Geert een berichtje met zijn stopadres voor vandaag en ik besluit om hem in te halen, maar dat blijkt toch wat verder dan gedacht. Om 17u15 arriveer in Ribadiso.
De verwachte aankomst in Compostela is zaterdag rond de middag, ik heb besloten om door te gaan.
Het weer is een beetje van alles wat: regen, wind, zon, wolken, kou en warm, maar in een goede verhouding. De dagrugzakjestoeristen hebben bij die rugzak ook een doorzichtige plastic poncho gekregen. Als er wat wind komt, verwacht ik het ergste, maar het was nog in orde. Een orkaan zoals we die eind april hadden, overleven ze zeker niet.
Naast de medepelgrims heb ik ook nog wat interesse in kerkelijke aangelegenheden, maar de Sancta Maria van Bardeleiros loenst volgens mij een beetje.
Na Melide zijn de Amerikanen weg en is het terug rustig op de Camino. Daar komt de C.Primitivo samen met de C.Frances er zijn er weer nieuwe gezichten.
Hé Griet,
Hier ben ik nog eens, je hebt bijna je einddoel bereikt, prachtig van jou. We hebben je gemist zaterdag op de feest van nonkel Sooi, maar ja, jouw ervaring is natuurlijk met niets te vergelijken
Beersel wenst je een behouden aankomst en we horen of zien elkaar nog wel binnenkort op Belgische bodem
Het ga je goed, en nogmaals proficiat, (ook met je verjaardag!)
Lutgard