Weer weg, tot 26°, en geluk in de gemeente herberg.
Als ik het Seminar menor wil verlaten, sluit een Italiaanse dame de deur met de vraag Finisterra? We lopen en lachen de ganse dag door tot Negreira, daar vinden we een onderkomen, iets later is de albergue volzet.
Jaja. Het is weer zover. En elke keer is anders. De aankomst vandaag was met wat regen en dan weer zon, en vele blije gezichten en hernieuwde contacten .
Om de Compostela af te halen, werd een ingewikkeld systeem uitgedokterd en was zelfs een masker verplicht. Voor het bewijs van afstand mocht ik zelf een getal opgeven, ze konden dat niet berekenen. Zal het achteraf zelf wel eens optellen.
In het Seminario menor zijn de slaapzalen precies kleiner geworden, of ben ik in een andere terecht gekomen? Deze telt 10 bedden. Voor twee nachten zal dat wel lukken.
De eerste 19km gaan langs onofficiële pelgrimswegen en zijn heerlijk kalm. Dan kom ik op de C Frances en hier lijkt het hek van de dam. De eerste stemmen die ik achter me hoor spreken Vlaams, het zijn twee jonge meisjes uit een school in St Truiden, ze vertrokken in Sarria. In de eerste bar kom ik al bekenden tegen van de C Primitivo en de C del Norte. Iedereen is hier dus en we gaan allemaal tot O Pedrouzo, nog 19 km te gaan. Als ik in de bar ben, schuift de laatste bui voorbij en tijdens de laatste kilometers voor vandaag komt de zon zelfs tevoorschijn.
Dit is ook iets dat ik nog nergens anders zag; honden bij de weide dieren, zoals schapen of geiten . Hier zullen ook wel wolven en vossen zijn, denk ik dan. Dat verklaart ook het grote aantal honden dat je hier ziet, en die zijn niet altijd aangelijnd of opgesloten. Of zijn die om de pelgrims af te schrikken? Ze kennen wel allemaal het gebaar van stenen oprapen en eventueel gooien of stokkengezwaai.
De afstand vandaag is ietwat gemanipuleerd; vanmorgen heb ik samen met Lucas, een Fransman, de doorsteek naar de C del Norte gemaakt, en dat was echt een opluchting: geen andere pelgrims, geen huizen, weinig verharde wegen…. Na 27 km hebben we besloten om een taxi te nemen tot we samen waren met Jean Louis, Gilles en Christian, oudbekenden. De afstand tot Compostela klopt exact, zelfs als de taxi niet meegerekend wordt, de afstand was iets verder. De eerste die ik opnieuw ontmoet op de Norte is Bettina, en dat zal niet de laatste bekende zijn. En in Compostela komen we wellicht allemaal terug samen, ik vermoed dat ik daar dinsdag zal arriveren.
Als reactie op wat p. Louis schreef, wil ik nog eens zeggen dat deze blog gerust mag gedeeld worden, grote geheimen staan er niet in en ik wil heel graag mensen overtuigen om door de ervaringen die ik heb / gehad ook de weg op te gaan. Mijn ervaring is dat de eerste stap de moeilijkste is. Je losmaken van wat je gewoon bent, durven vertrouwen dat alles in orde komt, is niet gemakkelijk en je komt jezelf tegen, wees daar maar zeker van. Wat mij al de eerste keer opviel, was hoe weinig een mens nodig heeft om te leven: hoe minder ballast je meeneemt, hoe lichter je rugzak, hoe beter. Je wordt ook geconfronteerd met je grenzen, vooral lichamelijk, luister ernaar! Er zijn veel verschillende manieren om een pelgrimstocht te ondernemen, voor ieder wat wils. Meer practische informatie kan je ook vinden op de site van het Vlaams Compostela genootschap.
Gelukkig was het minder warm dan voorspeld, wel nevelig en zwoel.
Omdat ik toch nog altijd de C Frances wil mijden, heb ik gisteren al gereserveerd in albergue El Ponte in Ferreira (Romeins bruggetje in de buurt), gerund door een Nederlands paar, en Ria heeft al gezegd dat zij inderdaad een alternatieve route uitstippelden. Ik zal er wel achterkomen.
Na de vele koeien, zie ik hier ook landbouw, en ruik ik de velden die versbemest en omgeploegd zijn.
Mooie herberg trouwens en er is een vegetarische maaltijd vanavond tot ongenoegen van een aantal Spanjaarden die absoluut vlees willen.
Rustige, kortere wandeling tot Lugo, wat me toelaat om in Lugo de stadsomwalling en de kathedraal te bezoeken.
Ik heb ook een verdienstelijke poging gedaan om in de bureau van pelgrims in het Spaans te vragen of er een mogelijkheid bestaat om de C Frances te vermijden, maar dat kan dus niet volgens de personen daar.
Lugo ligt op 100km van Compostela, het einde komt duidelijk in zicht.
Weer een dag op en neer. De temperatuur begint hier nu ook Belgisch te worden: tot 26°.
Normaal is de trip tot O Càdavo, maar om morgen meer tijd te hebben om Lugo te bezoeken, ben ik wat verderop gelopen, de laatste berg over, voorlopig toch. Ik heb echt genoten van het extra stuk dat ik alleen en heel rustig afgelegd heb. En ook in de herberg is het erg rustig, dat doet deugd. Morgen wordt een redelijke vlakke wandeling.
Dat het hier de streek van de veeteelt is, heb ik nog niet verteld. Hier wonen meer koeien als mensen en het enige zwaar verkeer dat hier rijdt zijn tankwagens om de melk op te halen. Gisteren ben ik aan den melkverwerkend bedrijf voorbijgelopen.
De bekende palen van Galicië zijn in het straatbeeld verschenen, dat wil dus zeggen dat ik Asturias verlaten heb en de laatste kilometers in het zicht komen. Om de 500m staat er een paal met resterend kilometeraantal. Het begon op 166, 097 of zoiets. Dus goed op schema.
Het is een meevaller dat in Fonsegrada een nieuwe gemeente herberg werd geopend in 2019, vlak voor jeweetwelwat. Iedereen die de steile beklimming te boven kwam, was blij. Niemand van ons wist dat van die herberg. Ons= 6 overgebleven pelgrims van de C del Norte. Vandaag verlaat Myriam ons, zij stoot morgen door met de bus naar Compostela. De Belgische chocolade die ik in de winkel vond, viel in de smaak. Blijkbaar vinden ze die hier niet lekker; hij stond aan de helft van de prijs ☺️.
Als ik het weerbericht bekijk tijdens de cafe con Lecce met croissant in de bar van a Mesa, kan ik alleen hopen op het beste. De wind had ik al gevoeld, en de enige plaats in Spanje waar het gaat regenen is hier. Het regent als ik na het ontbijt vertrek, maar na een minuut of 2 is het al gedaan en het blijft voor de rest van de dag ongeveer droog.
Wat verderop staat een plakkaat waarop staat dat er in deze streek in 2017 zware bosbranden gewoed hebben en dat we verzocht worden om de paden te volgen. Onderweg zijn er werkzaamheden aan de gang om de natuur terug te herstellen.
De weg voert ons rond een stuwmeer, met redelijk belangrijke hoogteverschillen.
Vandaag breien we nog een culturele activiteit aan de agenda: in Grandes de Salime is er een etnografisch museum, een soort Bokrijk. En gratis op dinsdag. Wat willen we meer? Eten natuurlijk. Het is al zover gekomen dat pelgrims die ik niet ken me aanspreken op straat om te vragen waar te gaan eten!?!? “You seem to be good in it”, zeggen ze dan.
Wat me wel bijblijft van het etnografisch museum is de fototentoonstelling van een fotograaf van 1965 tot ong 1985( ik kan er een paar jaar naast zitten). Dat zijn beelden uit de Middeleeuwen, Galicië is lang het achtergebleven deel van Spanje geweest, agrarisch, en nog is het erg conservatief. De dictatuur van Franco zit daar ook voor iets tussen.